Pennisetum setaceum en Gunnera tinctoria mogen per 2 augustus 2018 niet meer geproduceerd of verhandeld worden

De soorten Pennisetum setaceum en Gunnera tinctoria zijn door de Europese Commissie op 19 juni 2017 definitief aan de lijst van invasieve planten toegevoegd. Sinds augustus 2017 geldt een overgangsregeling voor u als kweker die per 2 augustus 2018 is afgelopen. Dit houdt kort in dat de volgende VBN productcodes niet meer op de veiling aangevoerd mogen worden per 2 augustus 2018:

51151   Pennisetum setaceum

43140   Gunnera tinctoria

De VBN productcodes 51151 (Pennisetum setaceum) en 43140 (Gunnera tinctoria) worden met ingang van 2 augustus 2018 geblokkeerd.

Bovenstaande invasieve exoten zijn op de Unielijst geplaatst omdat ze in delen van de EU schade toebrengen (of dat in de toekomst waarschijnlijk zullen gaan doen) aan de biodiversiteit en/of ecosysteemdiensten. Ze kunnen ook nadelige gevolgen hebben voor de menselijke gezondheid, veiligheid of de economie. Men mag onder andere geen handel drijven met een soort die op de Unielijst staat. Verder geldt voor lidstaten de plicht om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en te verwijderen. En als dat niet lukt, de populatie zodanig te beheren dat verspreiding en schade zoveel mogelijk wordt voorkomen.

Verdere informatie over invasieve planten en de regelingen hieromtrent vindt u op de NVWA website.

Overgangsregeling commerciële houders

Beschikt u over een commerciële voorraad die u al had voordat de soort(en) op de lijst kwam(en)? Dan put u deze voorraad uit binnen 2 jaar nadat de soort is opgenomen op de Unielijst. Dit doet u op de volgende manieren:

  • Planten of dieren mag u binnen 1 jaar nadat de soort op de lijst is opgenomen nog verkopen aan niet-commerciële houders. Dit mag via de reguliere verkoopkanalen zoals veilingen, dierenwinkels en tuincentra. U let erop dat de soort zich niet kan voortplanten of kan ontsnappen.
  • U exporteert de dieren of planten naar landen buiten de Europese Unie. U zorgt ervoor dat ze onderweg niet ontsnappen.
  • U stelt de planten of dieren ter beschikking voor andere doeleinden, zolang dat op geen enkele manier gevaar oplevert voor de natuur. Planten kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden voor de productie van biogas.

Zijn bovenstaande opties niet mogelijk? Dan kunt u dieren ook op humane wijze (laten) doden. Planten kunt u (laten) vernietigen.

NVWA: tref voorbereidingen voor aangescherpte regels plantenpaspoort

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) roept bedrijven die planten verhandelen op om alvast voorbereidingen te treffen voor de aangescherpte regels voor plantenpaspoorten die vanaf december 2019 gelden. Vanaf 14 december 2019 is het plantenpaspoort verplicht voor alle voor opplant bestemde planten. De plantenpaspoortplicht geldt ook voor pot- perk- en kuipplanten die bestemd zijn voor consumenten. Het plantenpaspoort moet vanaf 14 december 2019 voldoen aan een aantal nieuwe kenmerken, waaronder een uniek fytosanitair bedrijfsregistratienummer.

Het volledige bericht met aanvullende informatie kunt u vinden op de website van de NVWA.

 

Nieuwe Plantgezondheidsverordening: Plantenpaspoortplicht

 

Met ingang van 14 december 2019 gaat de nieuwe EU-Plantgezondheidsverordening met nummer 2016/2031/EG in werking. Deze vervangt de huidige Europese Fyto-richtlijn 2000/29/EG. Details worden de komende jaren uitgewerkt in zogenaamde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen.

Regelmatig zijn er vragen over de nieuwe EU-Plantgezondheidsverordening. Bijvoorbeeld over de registratie en het plantenpaspoort. De plantenpaspoortplicht breidt uit naar alle ‘voor opplant bestemde planten’. Volgens de EU-definitie zijn dit planten die volledige planten kunnen voortbrengen en daarvoor bestemd zijn. Deze planten moeten worden uitgeplant, opnieuw worden geplant of geplant blijven. Alles dat nu teeltmateriaal genoemd wordt valt daaronder (dus ook zaden), maar ook alle ‘consumptieve’ pot-, perk- en kuipplanten. Er komen wel uitzonderingen; voor bepaalde zaden en voor verkoop direct aan de eindgebruiker.

In samenwerking met diverse ketenpartijen, LTO, LTO Glaskracht, VBN, VGB, Royal FloraHolland, KAVB, Anthos en instanties als Naktuinbouw, KCB, BKD en NVWA, is gekozen voor een gezamenlijke communicatie over dit, voor alle kwekers en kopers, belangrijke onderwerp. Op de website van Naktuinbouw worden de belangrijkste vragen en antwoorden verzameld en in vraag-antwoord vorm opgetekend. Klik hier voor meer informatie.

Uiteraard kunt u voor veilingspecifieke vragen ook altijd terecht bij ons. Het is van belang dat wij het vrije handelsverkeer en markttoegang in de EU zoveel mogelijk behouden.
regelgeving@royalfloraholland.com
fritsjonk@royalfloraholland.com

Extra eisen aan planten vanwege tabaks witte vlieg (Bemisia tabaci) vervallen voor Finland

Begonia, Dipladenia, Hibiscus, Mandevilla en Nerium oleander planten die bestemd zijn voor eindgebruikers in Groot Brittannië, Ierland, Zweden en (specifieke gebieden van) Portugal moeten voldoen aan extra eisen.

Aantal stelen per bos (L11) per 1 juni 2018 reglementair bij diverse snijbloemen

Het aantal stelen per bos (L11) wordt al jaren door klanten als belangrijke informatie gezien. Vanuit de markt komt regelmatig de vraag om deze informatie mee te geven bij snijbloemen. Twee belangrijke redenen zijn:

  • Het voorkomt fouten in het logistieke proces van klanten;
  • Het vereenvoudigt verkoop via de webshops van klanten.

Dit leidt tot lagere kosten bij klanten en meer tevreden consumenten, wat kan leiden tot betere prijsvorming en meer omzet. Hiervoor is het wel nodig dat alle aanvoerders van snijbloemen dit gegeven standaard meegeven. Alleen dan kunnen de klanten hun processen hier op inrichten.

Daarom wordt het aantal stelen per bos (L11) een verplicht reglementair kenmerk voor alle snijbloemen op positie 5. Dit voorstel is door de VBN Stuurgroep regelgeving geaccepteerd. Voor de meeste producten gaat dit in per 1 januari 2019. Voor onderstaande producten zal dit op 1 juni 2018 geadviseerd worden en verplicht per 1 september 2018. In onderstaande lijst is weergegeven wat er per productgroep zal veranderen. Hierbij wordt opgemerkt dat bij het ongebost verhandelen van producten code 001 meegegeven dient te worden bij kenmerk L11.

Productgroepnr. Productgroep L11 L11 op advies L11 verplicht Overige wijzigingen
1 01 008 01 Leucospermum cordifolium Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018
1 01 008 02 Leucospermum overig Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018
1 07 070 01 Pieris per bos Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018
1 07 070 02 Pieris Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018
1 01 114 01 Strelitzia Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018 S50 naar positie 6
op 1 juni 2018
1 01 069 01 Chamelaucium Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018 L12 naar positie 4
op 1 juni 2018
1 05 027 01 Phalaenopsis per bloem Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018
1 05 027 01 Phalaenopsis per tak Positie 5 1 juni 2018 1 september 2018

Wij raden aanvoerders aan contact op te nemen met hun softwareleverancier om de bovenstaande wijzigingen door te voeren.

Via de website van Floricode zijn de bestaande kenmerkcodes terug te vinden.

Nieuwe besmetting bruinrot in snijroos bevestigd

De NVWA heeft bevestigd dat er opnieuw op een snijrozenbedrijf bruinrot ofwel Ralstonia is geconstateerd. Bij monstername van voedingswater en planten was er het vermoeden van een besmetting. Op het moment dat bij afronding van het eerste deel van de analyse de status van de monsters overging naar ‘pending plus’ is het bedrijf vastgelegd door de NVWA om mogelijke verspreiding van deze quarantaine bacterie te voorkomen.

Nu ook daadwerkelijk Ralstonia solanacearum is geconstateerd treed het eliminatiescenario per direct in werking en moet het gewas onder toezicht van de NVWA fytosanitair worden geruimd. Daarnaast is de NVWA gestart met het traceringsonderzoek. Voor de sector is het van groot belang om te weten of hier sprake is of van een nieuwe besmetting of van een herbesmetting. Uit het verwantschapsonderzoek blijkt dat er wel een directe verwantschap is met de Ralstonia die in 2015/2016 is aangetroffen op de rozenbedrijven.

Het betreft hier Ralstonia solanacearum ras 1, een tropische variant die veel waardplan-ten kent waaronder o.a. tomaat, paprika, aubergine, anthurium, gerbera, curcuma, geranium en roos. Het is dus van belang voor de gehele glastuinbouw om verdere verspreiding van de bacterie binnen het bedrijf en ook binnen de (glas)tuinbouw te voorkomen.

Blijf alert op deze bacterie en maak ook duidelijk afspraken met uw plantenleverancier. Samen met Plantum wordt gewerkt aan een Plant Select systeem om te komen tot meer gesloten ketens in plantmateriaal voor snijroos.

Advieskaart Ralstonia

De keuze van voorbehandelingsmiddelen voor Astilbe wordt verruimd

Per 1 mei 2018 vindt er een wijziging plaats in de VBN productspecificatie van Astilbe.

Het Post Harvest Kenniscentrum heeft het afgelopen jaar verificatieonderzoek uitgevoerd om vast te stellen of het middel Floralife Express Clear 100 voldoet aan de VBN normen voor de voorbehandeling van Astilbe. Uit het onderzoek is gebleken dat aan alle voorwaarden is voldaan om dit middel toe te voegen aan de verplichte middelen in de VBN productspecificatie van Astilbe.

Wijziging:

  • Floralife Express Clear 100 wordt toegevoegd als toegestaan middel voor voorbehandeling bij Astilbe (code 90 op het label van het middel). Naast dit middel blijven ook de reeds vermelde middelen toegestaan. 
  • U dient de juiste code van het voorbehandelingsmiddel bij uw aanvoerinformatie te vermelden. Met behulp van deze code kan het laboratorium controleren op het juiste gebruik van het voorbehandelingsmiddel.
    • Het sorteerkenmerk S65 voorbehandeling moet u vanaf heden zelf toe voegen op positie 6 in uw EAB-softwarepakket.
    • Binnen het sorteerkenmerk S65 moet u het juiste voorbehandelingsmiddel selecteren door middel van code 90 op label van het middel = Floralife Express Clear 100.

Het bovenstaande middel dient uitsluitend toegediend te worden conform gebruiksvoorschrift.

Presentaties NVWA en Naktuinbouw over bedrijfskeuring en plantenpaspoort Bemisia

Met ingang van 1 januari 2018 zijn de EU-maatregelen voor tabakswittevlieg (Bemisia tabaci) aangescherpt. Deze nieuwe wetgeving vereist tenminste één plantenpaspoort en zendingsinspectie voor planten bestemd voor de eindconsument, naar specifiek beschermde EU-gebieden. Het gaat om de volgende gewassen: Begonia, Dipladenia, Hibiscus, Mandevilla en Nerium oleander die bestemd zijn voor eindgebruikers in Finland, Groot-Brittannië, Ierland, Zweden en (specifieke gebieden van) Portugal.

Op woensdag 28 maart jl. is er een bijeenkomst geweest waar de NVWA de EU-bepalingen heeft toegelicht en de NAK Tuinbouw de werkwijze van de bedrijfs- en partijkeuringen.

Via onderstaande links beide presentaties:
NVWA (Bemisia tabaci export UK potted plants)
NAK Tuinbouw (controle Bemisia ZP-a2)

S05 rijpheidsstadium geadviseerd kenmerk bij ‘overig Bromelia’ vanaf 1 mei 2018

Vanaf 1 mei 2018 wordt aan de productgroep ‘overig Bromelia’ (2 04 999 01) kenmerk S05 (rijpheidsstadium) als geadviseerd kenmerk toegevoegd op positie 4.

De sorteerkenmerken voor ‘overig Bromelia’ zijn per 1 mei 2018 als volgt:

Groeps-code Groepsnaam Kenm. pos. 1 Kenm. pos. 2 Kenm. pos. 3 Kenm. pos. 4 Kenm. pos. 5 Kenm. pos. 6
2 04 999 01 Overig Bromelia S01 S02 S05 S58 S15
Verplicht Verplicht Advies Advies Verplicht

S01 = Potmaat
S02 = Minimum planthoogte
S05 = Rijpheidsstadium
S58 = Hoesmateriaal
S15 = Transporthoogte

Nieuwe leidraad preventie Xylella is nu beschikbaar

Er is een nieuwe versie van de leidraad preventie Xylella beschikbaar. De leidraad preventie Xylella is bestemd voor telers en handelskwekers en geeft een overzicht van een aandachtspunten die van belang zijn om te voorkomen dat u planten met een Xylellabesmetting op uw bedrijf binnen haalt.

Het accent wordt vooral gelegd op de herkomst van het plantmateriaal en de (teelt)omstandigheden waarin het plantmateriaal is opgekweekt. Daarnaast zijn er tips voor algemene bedrijfshygiëne opgenomen.

Deze leidraad is ontwikkeld in het kader van het project fytosanitaire preventie, in samenwerking met VBN, de LTO vakgroep Bomen & Vaste Planten, LTO Glaskracht Nederland, en het Ministerie van Landbouw en Voedselkwaliteit.