Wijzigingen landeneisen Verenigd Koninkrijk

Er zijn wijzigingen doorgevoerd in de landeneisen en e-CertNL voor diverse producten naar het Verenigd Koninkrijk. Vanaf 1 oktober veranderen de eisen voor planten bestemd voor opplant, van Viburnum, Camellia en Rhododendron, met uitzondering van R. simsii. Het gevolg van deze wijziging kan zijn dat er extra verklaringen op pre-export certificaten moeten komen in geval van producten uit een andere EU-lidstaat.

Voor meer informatie klik hier.

Celastrus en Pistia op de EU lijst van Invasieve Exoten

Op 19 mei jongstleden heeft het Europees Comité invasieve exoten gestemd over uitbreiding van de Europese Unielijst voor zorgwekkende invasieve uitheemse soorten (verder; Unielijst). Het voorstel van de Europese Commissie (EC) bevatte aanvankelijk 30 plant- en diersoorten. Er bleek geen meerderheid te zijn onder de lidstaten voor het voorstel van 30 soorten. De EC heeft vervolgens een gewijzigd voorstel met 22 soorten in stemming gebracht en dat is aangenomen met een meerderheid van stemmen. Zie onderaan dit bericht de tabellen met soorten.

Voor een aantal soorten is een overgangstermijn afgesproken. Voor deze soorten treden de bepalingen van de Exotenverordening pas in werking twee jaar respectievelijk vijf jaar nadat de uitbreiding van de Unielijst van kracht wordt.

  • Voor de soort Pistia stratiotes, is een termijn van twee jaar afgesproken.
  • Voor de soort Celastrus orbiculatus is een termijn van vijf jaar afgesproken.

Wat zijn de gevolgen voor u als aanvoerder op één van de VBN veilingen?

  • Na de overgangstermijnen zal het niet meer toegestaan zijn genoemde producten te telen en of via veilingen (klok en direct) te verhandelen als plant of deel ervan.
  • Bestaande productcodes zullen dan ook geblokkeerd worden en het is wettelijk ook niet toegestaan deze dan onder andere productcodes op de markt te brengen.

Deze overgangstermijnen zijn met veel moeite voor elkaar gekregen. We moeten constateren dat er bij de Europese Commissie en onder andere lidstaten weinig draagvlak bestaat voor de Nederlandse wens om rekening te houden met (mogelijke) financiële impact op bedrijven. De invasieve eigenschappen van een soort en de schadelijkheid en ecologische impact op natuur en eco-systemen zijn volgens de criteria van de Exotenverordening bepalend voor plaatsing op de Unielijst.

Naar verwachting wordt de uitbreiding op de Unielijst in juli 2022 van kracht. De exacte datum van inwerkingtreding wordt bekend zodra de Europese Commissie de uitvoeringsverordening publiceert (in het Publicatieblad van de Europese Unie).

De Unielijst hoort bij de Exotenverordening 1143/2014. Voor soorten van de Europese Unielijst geldt een groot aantal ge- en verboden. Zo mogen de soorten niet meer worden gehouden, gekweekt, verhandeld, geïmporteerd of vervoerd (behalve in het kader van uitroeiing). Ook moeten lidstaten maatregelen nemen als de soorten zich vestigen.

Zodra de Europese Commissie de wetstekst heeft gepubliceerd kunt u meer informatie over de nieuwe Unielijstsoorten en de regels van de Exotenverordening vinden op de websites van NVWA en RVO.NL.

De Unielijst wordt met de volgende 22 soorten uitgebreid:

De volgende 8 soorten zijn niet aangenomen voor plaatsing op de Unielijst:

Opschoning productcoderingen 2e kwartaal 2022

Floricode heeft een aantal productcodes geblokkeerd en verwijderd.
Verwijderde productnamen kunnen eventueel weer in de codelijsten worden opgenomen voor hergebruik met nieuw registratienummer en productcode.
Er is een nieuwe productgroep toegevoegd en enkele productcodes zijn naar de nieuwe groep verplaatst.

Het bestand met wijzigingen vind u hier.

Het bijgesloten bestand is ook in PDF beschikbaar op de website van Floricode onder Coderen > Productcodering Sierteelt> Actuele mutaties > Mutaties productcoderingen 2e kwartaal 2022.

 

Teelt u snijbloemen? Registratieplicht voor teeltmateriaal bestemd voor opplant

Teelt u snijbloemen en wilt u op termijn dit gewas (de ondergrondse delen en/of op pot) in de handel brengen? Of teelt u Paeonia of andere planten als teeltmateriaal? Laat de percelen dan keuren door Naktuinbouw. Zonder deze keuring mag u dit materiaal niet in het handelsverkeer brengen.

Welke bedrijven moeten zich registreren bij Naktuinbouw?
Alle producenten en handelaren van plantenpaspoortplichtige producten zijn verplicht zich te registreren. Hoewel snijbloemen planten zijn, zijn ze niet paspoortplichtig. Bedrijven die alléén snijbloemen produceren hoeven zich dus niet te registreren.

Produceert en verhandelt u planten bestemd voor opplant? Dan moet u zich wel registreren bij Naktuinbouw. Dus bedrijven die snijbloemen telen en dit gewas (de ondergrondse delen en/of op pot) op termijn in de handel willen brengen, moeten zich registreren bij Naktuinbouw. Ook bedrijven die Paeonia of andere planten als teeltmateriaal telen, moeten zich registreren.

De registratieplicht geldt gedurende de gehele teeltperiode. De registratieplicht volgt uit zowel de EU-Plantgezondheidsverordening (PHR) als uit de handelsrichtlijnen en Zaaizaad- en plantgoedwet (ZPW).

Teelt u snijbloemen (van bijvoorbeeld Paeonia, Astilbe of andere bloemproducerende gewassen) en u wilt op termijn dit gewas (de ondergrondse delen en/of op pot) in de handel brengen?
Dan moet u de percelen vanaf het jaar dat u het gewas wil gaan verhandelen opgeven bij Naktuinbouw. De percelen worden gekeurd zoals alle meerjarige gewassen (planten bestemd voor opplant). Zonder jaarlijkse keuring door Naktuinbouw mag u dit materiaal niet in het handelsverkeer brengen.

Teelt u Paeonia of andere planten als teeltmateriaal?
Gebleken is dat niet iedere teler zijn eerstejaars Paeonia percelen (en/of andere planten bestemd voor opplant) opgeeft voor de keuring. De keurmeester schenkt hier tijdens de veldkeuring en administratieve controle in 2022 extra aandacht aan en zal hierop handhaven. Zonder keuring door Naktuinbouw mag u dit materiaal niet in het handelsverkeer brengen.

Meer informatie?
In de flyer Keuringen Vaste planten (snijbloemen op pot of ondergrondse delen) staat meer informatie.
U kunt ook contact opnemen met de Naktuinbouw-keurmeester die bij u op het bedrijf komt of stel uw vraag aan de teamadministratie Keuringen.

Aanvraag kleine toepassing ‘laag-risico’ makkelijker

In de collegevergadering van 25 mei stemde het Ctgb in met een speciaal traject voor het uitbreiden van toegelaten laag-risicomiddelen met kleine toepassingen. Hiermee geeft het college invulling aan een toezegging van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan de Tweede Kamer (n.a.v. motie De Groot en Boswijk).
Zo maakt het college laag-risicomiddelen makkelijker beschikbaar die nodig zijn om de ambitie gewasbeschermingsmiddelen te verduurzamen te realiseren. Het uitgangpunt van de gekozen aanpak is de uitbreiding met kleine toepassingen zoveel mogelijk administratief af te handelen, waarbij geen beoordeling nodig is. Dit versnelt het toelatingsproces aanzienlijk en gaat niet ten koste van de beoordelingscapaciteit bij het Ctgb. Een beoordeling is bijvoorbeeld wel nodig wanneer voor de stof een maximale residu-limiet (MRL) geldt. Andere uitzonderingssituaties waarin een beoordeling nodig is, zijn per werkzame stof vastgesteld. Op dit moment is een beperkt aantal laag-risicomiddelen toegelaten, het aangeboden traject kan het voor aanvragers aantrekkelijker maken om aanvragen voor toelating van nieuwe laag-risicomiddelen te doen in Nederland.

Laag-risicostatus
De basiscriteria voor aanvragen van kleine toepassingen zijn: geen hogere dosering, hogere frequentie of korter interval wat leidt tot een totaal hogere dosering en niet overstappen van een toelating in bedekte naar onbedekte teelt. Daarnaast is het essentiële criterium dat het middel is toegelaten als laag-risicomiddel. Dat kan wanneer uit de stofbeoordeling blijkt dat deze een laag risico heeft voor de veiligheid van mens, dier en milieu.

Kleine toepassing
In Nederland noemen we het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen ‘kleine toepassingen’ als de teelt binnen vastgestelde areaalgrenzen valt (onbedekte teelt max. 5000 ha., bedekte teelt max. 1000 ha). Maar ook een ‘klein gebruik’ op een bijzondere grondsoort of vanwege een zeldzame plaag in een op grote schaal geteeld gewas, kan een ‘kleine toepassing’ zijn. Voor de beoordeling van een gangbare kleine toepassing geldt als uitgangspunt de ‘risk envelop’: het gebruik van de kleine toepassing mag het meest risicovolle, toegelaten gebruik voor toepasser, milieu, etc. niet overschrijden en wordt aan de hand daarvan beoordeeld.

Per 1 juni 2022 verplichting van voorbehandelingsmiddel Florissant 830 voor Helleborus

Per 1 juni 2022 vindt er een wijziging plaats in de VBN-productspecificatie van Helleborus.

Het Post Harvest Kenniscentrum van Royal FloraHolland heeft een verificatieonderzoek uitgevoerd om vast te stellen of het middel Florissant 830 voldoet aan de VBN-normen als voorbehandelingsmiddel bij Helleborus. In dit onderzoek is aangetoond dat aan alle voorwaarden is voldaan om Florissant 830 te gaan verplichten als voorbehandelingsmiddel. Florissant 830 geeft een vaaslevenverlenging van gemiddeld tweeënhalve dag.

Wijziging:

  • Florissant 830 wordt verplicht gesteld als voorbehandelingsmiddel bij Helleborus (Florissant 830 code 41 op het label van het middel).
  • U dient de juiste code van het voorbehandelingsmiddel bij uw aanvoerinformatie te vermelden. Met behulp van deze code kan het laboratorium controleren op het juiste gebruik van het voorbehandelingsmiddel.
    • Het sorteerkenmerk S65 voorbehandeling moet u zelf toe voegen in uw EAB-softwarepakket.
    • Binnen het sorteerkenmerk S65 moet u het juiste voorbehandelingsmiddel selecteren door middel van code 41 op label van het middel Florissant 830.

Bovenstaand middel dient uitsluitend toegediend te worden conform gebruiksvoorschrift.

Uitstel invoering Brexiteisen fytosanitair certificaat voor snijbloemen

Op 28 april hebben wij van de NVWA het bericht ontvangen dat de Britse overheid de datum van de volgende Brexit-fase opnieuw heeft opgeschoven. Alle zendingen snijbloemen en groenten en fruit met bestemming Verenigd Koninkrijk zouden per 1 juli a.s. van een fytosanitair certificaat voorzien moeten zijn. De NVWA meldt dat deze datum met vijftien maanden wordt verschoven tot 1 oktober 2023.

Voor de export naar het Verenigd Koninkrijk is dit besluit een welkome meevaller. Voorlopig kan de handel ongehinderd doorgaan en er hoeven nog geen extra kosten te worden gemaakt. Wij gaan er aan de andere kant wel vanuit dat van uitstel geen afstel komt en de eisen in 2023 alsnog van kracht worden. Om die reden gaan we door met de voorbereidingen, zij het in een lagere versnelling. De gezamenlijke inspanningen van NVWA, KCB, VBN/RFH, Naktuinbouw, VGB en het betrokken bedrijfsleven waren en blijven essentieel. Het Bedrijfscontrolesysteem en de daaraan gekoppelde opleidingen en digitale processen kunnen we samen verder optimaliseren zodat we over vijftien maanden nog beter voorbereid zijn en een geruisloze invoering mogelijk is. De reeds geplande opleidingen vinden gewoon doorgang.

Op korte termijn komen genoemde organisaties bijeen om de consequenties van het uitstel te bespreken. Wij zullen u daarna zo spoedig mogelijk informeren. Vragen kunt u stellen aan Frits Jonk (fritsjonk@royalfloraholland.com).

Importinspectie op wortelknobbelaaltje Meloidogyne enterolobii bij Ficus en Philodendron

Meloidogyne enterolobii (een wortelknobbelnematode, ook wel wortelknobbelaaltje genoemd) heeft vanaf 11 april 2022 de EU-quarantainestatus. Het wordt regelmatig aangetroffen bij import van verschillende soorten waardplanten, met name Ficus en Philodendron. Om de kans op insleep op bedrijven te verkleinen gaan de keuringsdiensten bij import gericht op deze nematode inspecteren.

Het nieuwsbericht van de NVWA is hier te lezen.

NVWA wijzigt aanpak voor uitroeiing van Euwallacea fornicatus (schorskever)

De NVWA past de aanpak om Euwallacea fornicatus op bedrijven uit te roeien aan. Vorig jaar is Euwallacea fornicatus bij twee bedrijven in Nederland aangetroffen. Bij één van de bedrijven is het uitroeien van deze kever inmiddels gelukt, maar bij het andere bedrijf nog niet. De schorskever Euwallacea fornicatus vormt een groot risico voor de EU vanwege schade aan teelt en openbaar groen. De kever heeft een quarantainestatus en bij een vondst in Nederland neemt de NVWA maatregelen om deze soort uit te roeien.

Het nieuwsbericht van de NVWA is hier te lezen.

Wees alert op Witte Vlieg! NVWA laat potplanten vernietigen wegens besmetting met Aleurocanthus spiniferus (witte vlieg)

De NVWA heeft na de vondst van de Aleurocanthus spiniferus (witte vlieg) maatregelen getroffen tegen het EU-quarantaine-organisme. De Aleurocanthus spiniferus is gevonden in een partij bij een exporteur waarvan delen ook nog bij een handelskwekerij stonden. De partij is afkomstig uit Italië. Op beide locaties zijn de planten succesvol vernietigd.

Het nieuwsbericht van de NVWA is hier te lezen.